Oosterse muil

Schoeisel

Teken van weelde
Opkrullende neuzen zijn weliswaar niet functioneel, maar wel traditioneel in oosterse landen zoals Turkije, Afghanistan, Pakistan en India. Muiltjes hebben wél praktisch nut: ze zijn gemakkelijk uit te trekken bij het betreden van het gebedshuis, waar geen schoenen mogen worden gedragen. De instapper met omhoog gekrulde neus stamt uit de twaalfde eeuw, toen aan de lengte van de punt de weelde van de drager kon worden afgemeten. Op het hoogtepunt van die trend kon de totale lengte van de schoen maar liefst 75 centimeter bedragen. Ridders die op kruistocht naar het Heilige Land (het huidige Israël en Syrië) waren geweest, namen dit idee mee naar huis waardoor de puntschoenen – inmiddels omgedoopt tot tootschoenen of poulaines– tijdens de Middeleeuwen ook in Europa een enorme rage werden.